Antieke meubelen: D-E-F
Antiek-Encyclopedie.nl: Het informatiepunt voor de antiekliefhebber.



Dagobert

Zie Curulische zetels.
. Top


Dantezetel of sedia Dantesca

Zie Curulische zetels.
. Top


Danziger kast

Barokkast; lijkt veel op de Hamburger kast. De voetklossen zijn kantig.
.Bronvermelding    |    Top


Danziger tafel

Monumentale, barokke trektafel, verwant aan de Nederlandse bolpoottafel. In plaats van de zware, bolle baluster hebben de poten nog zwaardere, torsgedraaide geledingen die zo dik zijn dat ze slechts één winding vormen. Op het midden van de voetregel is een merkwaardige, bijenkorfachtige knop aangebracht.
.Bronvermelding    |    Top


Dauphine, chaise à la

(Fr. dauphine was de titel van de gemalin van de Franse kroonprins) Stoeltje met zeer lage rugleuning, in Frankrijk in het laatste kwart van de 18de eeuw en in het empire in gebruik.
.Bronvermelding    |    Top


Davenport

(Eng.) Klein type schrijfbureau of lessenaar, bestaande uit een blok van drie of vier laden, die opzij kunnen worden uitgetrokken. Het meestal schuin geplaatste schrijfblad kan naar voren worden geschoven. Onder het schrijfblad zit aan beide zijden een uittrekbaar blad. Meestal in mahonie. Engeland, Regency of vroeg-Victoriaans.
.Bronvermelding    |    Top


Day bed

Zie rustbank.
. Top


Demi-commode

(Fr.) Smal, sierlijk, laat Louis XV-ladenkastje op hoge poten met twee of drie laatjes onder elkaar.
.Bronvermelding    |    Top


Desk on frame

(Eng.) Soortgelijk meubel als het bureau de dame, maar met los onderstel.
.Bronvermelding    |    Top


Desserte

Zie Console desserte.
. Top


Dessus de cheminée

(Fr.) Decoratief of representatief schilderstuk, ingebouwd boven een schoorsteenmantel. Stamt uit het Louis XIII.
.Bronvermelding    |    Top


Dessus-de-glace

(Fr.) In de binnenhuisdecoratie tijdens de barok en rococo: een paneel boven de spiegel (al dan niet in een verguld houten of stucco omlijsting gevat).
.Bronvermelding    |    Top


Dessus de porte

(Fr.) Een boven de bovendorpel van een deur ingebouwd schilderstuk of ornament.
.Bronvermelding    |    Top


Dienbak

(Eng.: butler's tray) Bak waarin men borden en schalen met spijzen enz. naar de eetkamer brengt; dikwijls met bijbehorende schraag. Stamt uit begin 18de eeuw.
.Bronvermelding    |    Top


Dientafel

Wandtafel met marmeren bovenblad en vaak met een tweede blad tussen de poten van hetzelfde materiaal. De tafel heeft laden en keldertjes voor tafelgerei. Het analoge Engelse meubel is de sideboard, meestal zonder marmeren blad.
.Bronvermelding    |    Top


Directoire

Tijdens het Directoire (1795-1799) werden de tendensen van het classicisme nog versterkt, zij het dat alles werd vermeden wat aan het koningshuis herinnerde.
.Bronvermelding    |    Top


Divan

(Fr., v. Turks djuan = ontvangvertrek) Lage gestoffeerde rustbank zonder leuningen, met dekkleed en kussens. Stamt uit het eind van de 18de eeuw.
.Bronvermelding    |    Top


Dormeuse

(Fr.) Soort chaise longue met sterk gebogen leuning, ontwikkeld uit de veilleuse tijdens de Restauration.
.Bronvermelding    |    Top


Dossier en chapeau

(Fr., lett. hoedvormige rugleuning) Favoriete vorm van Louis XVI- stoelen en -canapés waarbij de bovenregel van de rug met een zeer vlakke toog is verhoogd.
.Bronvermelding    |    Top


Douillette

(Fr.) Laag, geheel gestoffeerd fauteuiltje, waarvan rugleuning en zitting in elkaar overlopen, zodat de rug van de gebruiker over de gehele lengte gesteund wordt; het meubeltje was in de 18de en 19de eeuw in gebruik.
.Bronvermelding    |    Top


Drentse of Twentse kist

Kist die regelrecht afstamt van de zware bahut uit de vroege middeleeuwen.
.Bronvermelding    |    Top


Dresser

Het Engelse woord dresser is afgeleid van het Franse dressoir, een middeleeuws wandmeubel om serviesgoed uit te stallen, dat tevens als dientafel fungeerde voor het serveren van wijn tijdens een banket. In de keuken werd een dergelijk meubel, zonder opstand, gebruikt als bergmeubel en aanrecht. In de 16de en 17de eeuw werden de ceremoniële functies van het dressoir overgenomen door het buffet en ontwikkelde het dressoir zich tot een bergmeubel voor de eetkamer zoals we dat nu nog kennen. De diverse typen bestaan uit de open dresser met onder het blad drie laden en erboven een open vak, de dresser met in de onderkast laden en deuren en een terugwijkende opstand, al of niet op cabriolepoten.


Vroege dressers
De vroege dresser was een wandtafel met laden, rustend op gedraaide poten, waartussen regels. Door de regels te vervangen door een blad tussen de poten werd extra ruimte in het meubel verkregen, die in het begin van de 17de eeuw opgevuld werd door kastjes en later door een ladenblok, geflankeerd door kastjes (zie afbeelding). Vanaf het midden van de 17de eeuw werd dit wandmeubel voorzien van een opstand met planken om tinnen en aardewerk serviesgoed uit te stallen. Zo werd het middeleeuwse dressoir - een combinatie van een gebruiks- en pronkmeubel - nu als dresser in de Engelse eetkamer geïntroduceerd, waar het ca. 1790 vooral in Noord en West-Engeland een bijzonder populair meubel werd. In Wales en in het noorden en zuidwesten van Engeland, waar ze regionale kenmerken hadden, was de dresser een provinciaal meubel en de trots van iedere herenboer. In tegenstelling tot het modieuze stadse meubilair veranderden modellen en decoraties in de provincie nauwelijks, wat het dateren bemoeilijkt.



Open dressers
De voor Zuid-Wales karakteristieke dresser is een wandtafel met laden onder het blad, een open schap tussen de poten en een open opstand met enkele planken. Dergelijk ‘open’ exemplaren vinden we in heel Zuidwest-Engeland, waar zij vanaf het midden van de 18de eeuw voorkomen. Vroeg-19de eeuwse exemplaren uit Cornwall kunnen bijzonder elegant zijn door de toepassing van een gebogen kap volgens de regencymode. De eenvoudige dressers uit Devon, of die nu bestemd waren voor de kamer of voor de keuken, waren meestal van eiken- of iepenhout. De stukken voor de keuken hadden een open schap tussen de poten. In de vroege 19de eeuw ontwikkelde de dresser met kastjes in de onderkant zich tot de geheel gesloten dresser met een opstand met vitrinedeuren. De meeste exemplaren uit Somerset waren van een klassieke eenvoud. Een bepaald type uit de 19de eeuw heeft een opstand met een achterwand, waarin meestal drie planken en twee laden, boven een onderstel met kastjes. lepen en essen zijn daar de meest gebruikte houtsoorten. Laat-18de eeuwse dressers uit de regio rond Bridgwater bestaan helemaal uit open schappen met massiefhouten zijsteunen.




Dressers met een achterwand
Dressers uit Noord-Wales, Yorkshire, Lancashire en Cheshire zijn bijna altijd voorzien van een wand achter de planken van de opstand. Een apart type uit de regio rond Caernarvon in Noordwest-Wales dat ook voorkomt in Noord- en West-Engeland, is voorzien van twee specerijenkastjes in de opstand. Kleine laden voor specerijen op verschillende plaatsen in de opstand vormen een vast onderdeel van Noord-Engelse dressers. De ‘dog kenneldresser’ met een open ruimte voor de hond tussen de beide kastjes van de onderkast ontstond in Carmarthen, maar werd later ook in Engeland en Wales gemaakt. Sommige dressers uit Midden-Wales combineren facetten van noordelijke en zuidelijke meubelen met een open onderkast en daarin een schap, plus een opstand met achterwand. Een variant hierop is de zwaar geproportioneerde Montgomerydresser met zijn hoge kastjes aan weerszijden van de planken in de onderkast. De dresser uit Shropshire heeft vrijstaande óf op de plank van het open schap in de onderkast rustende cabriolepoten. De breedte van dit meubel wordt geaccentueerd door de vierkante kasten in de opstand.

Houtsoorten en decoraties
De meeste dressers werden gemaakt van eikenhout, maar er bestaan ook fraaie exemplaren in iepen-, essen-, vruchten-, taxus-, kastanje- en notenhout. In Schotland, Ierland en Zuidwest-Engeland gebruikte men vurenhout, dat vaak beschilderd werd. Ook deze dressers kunnen aan de hand van regionale verschillen worden geïdentificeerd. Het waren vooral gebruiksmeubelen, in tegenstelling tot de exemplaren uit Wales, de West-Midlands, Derbyshire, Yorkshire en Noordwest-Engeland; dit waren pronkstukken die van generatie op generatie werden doorgegeven. Decoraties en constructiemethoden werden ook ver buiten de regio waar ze ontstonden toegepast. Het ingelegde bloemmotief zoals dat voorkomt op exemplaren rond Swansea, ‘line and berry’ genoemd, verschijnt ook op dressers die zijn gemaakt aan de Noord-Amerikaanse oostkust. Eiken meubilair met mahoniehouten bandintarsia en inlegwerk komt voor in West-Yorkshire, maar ook in Lancashire of Cheshire. In de 19de eeuw werden veel dressers gebeitst of beschilderd in ‘houtnerf’. In Ierland, waar de dresser tot de 19de eeuw nauwelijks voorkomt, had de dresser een vaak opengewerkte kaplijst met kolommen aan de opstand en uitstekende zijranden aan het blad. Soms heeft het onderstel een open schap en gordijnen, of in sommige gevallen een kippenhok. Schotse dressers hebben opstaande randen langs de planken en een schuine kap om ze geschikt te maken voor de schuine daken van veel Schotse huisjes. Ook deze dressers zijn vaak voorzien van een ruimte met kippengaas tussen de kastjes in de onderkant. Die ‘hen hoops’ dienden overigens om eten in te bewaren.
.Bronvermelding    |    Top


Dressoir

Wandkastje waarvan de zijwanden en/of achterwand tot op de grond zijn verlengd. Deze wanden vormen, al dan niet in combinatie met de stijlen een open onderstel waarin, even boven de grond, een vloertje is aangebracht. Het bovendeel heeft twee deurtjes. Het gotische model - soms met baldakijn - is vaak rijk met snijwerk en beslag versierd. Vooral in de late gotiek veel voorkomend, was het meubel tot in de barokperiode in de mode.
Klik hier voor foto's en informatie over de waarde van Dressers en Dressiors.
.Bronvermelding    |    Top


Driepas

Gotisch ornament in de vorm van drie symmetrische bladvormen, geconstrueerd uit drie elkaar rakende cirkels waarvan de middelpunten de hoekpunten van een gelijkzijdige driehoek vormen, omsloten door een cirkel.
.Bronvermelding    |    Top


Driesprant

Zich in drieën splitsende voet, in de 18de eeuw uitsluitend onder lichte soorten tafels, in de 19de eeuw vooral onder de karakteristieke ronde eetkamertafels.
.Bronvermelding    |    Top


Drum table

(Eng.) Ronde tafel op kolom met driesprant, met vrij hoge laden onder het blad, vnl. 18de eeuw.
.Bronvermelding    |    Top


Duchesse

(Fr.) Rustbed met aan het hoofdeinde een rondlopende rugleuning zoals bij de bergère, soms ook aan het voeteneinde een zelfde, iets lagere constructie. Komt ook voor als combinatiemeubel (duchesse brisée).
.Bronvermelding    |    Top


Dumb waiter

(Eng.) Stommeknecht, doorgaans met een twee- of drietal ronde blaadjes van afnemende grootte boven elkaar, op een centrale balustervorm. Stamt uit het eind van de 18de eeuw.
.Bronvermelding    |    Top


Ebbenhout

Zware en blauwachtig zwart gekleurde exotische houtsoort. Het deed in de tweede helft van de 16de eeuw zijn intrede en nam spoedig een belangrijke plaats in.
.Bronvermelding    |    Top


Écoinçon of écoinson

(Fr., hoekvulling) Samenvattende benaming voor hoekkastjes, -stoeltjes, -etagères enz. Ook de term encoignure wordt hiervoor gebruikt.
.Bronvermelding    |    Top


Écran

(Fr.) Kamerscherm.
.Bronvermelding    |    Top


Écran pupitre

(Fr.) Zeer platte secretaire op ver naar buiten gebogen pootjes, met onderaan een tweedeurskastje. Boven een uitklapbaar blad dat als schrijfblad diende, met daarachter een opstand met vakjes en laatjes. Wanneer men het meubeltje recht voor het haardvuur plaatste kon men al schrijvend de voeten warmen, terwijl de opstand van het meubeltje het gelaat en de ogen van de schrijver beschutte tegen de gloed van het vuur. Eind 18de eeuw.
.Bronvermelding    |    Top


Eierljst

Gebeeldhouwde ornamentrand met motieven in de vorm van een ei, afgewisseld door spitse punten (Eng. egg-and-dart).
.Bronvermelding    |    Top


Eikenhout

Tot het midden van de 17de eeuw het meest gebruikte meubelhout. Het werd vrijwel nooit gekleurd, maar in de blanke was gehouden: de diepe bruine kleur is een gevolg van het nadonkeren van het hout.
.Bronvermelding    |    Top


Elizabethan

In Engeland, 1558-1602. Onderdeel van het Age of Oak.
.Bronvermelding    |    Top


Empire

1800-1820. In deze tijd zijn twee factoren van doorslaggevend belang: de opheffing van de gilden tussen 1795 en 1798 - waardoor de industrie alle vrijheid krijgt - en de onderwerping van de kunst aan de cesaren-dictatuur van Napoleon. Deze stijl, meer gegrond op bestudering van de antieken dan ooit, bant alle lichtheid uit. Het bergmeubel krijgt het uiterlijk van een massief blok. Het accent valt op goede verhouding en verzorgde afwerking. De zitmeubelen zijn stijf en recht, met vierkante zitting, de achterste poten sterk gebogen. Het mahoniehout verdringt nu alle andere houtsoorten.
.Bronvermelding    |    Top


Encoignure

(Fr., hoek gevormd door twee muren) Driehoekig salonmeubel (stoel, tafeltje, fauteuil, console, hoekkastje) dat er door zijn bouw op berekend is als écoinçon (hoekvulling) te dienen.
.Bronvermelding    |    Top


Entre-deux

Zie Meuble d’entre-deux.
. Top


Entrejambe

(Fr.) Regel tussen stoel- of tafelpoten.
.Bronvermelding    |    Top


Entrelacs

(v. Fr. entrelacer, vlechten) Tijdens het 18de-eeuwse classicisme in het bijzonder een randmotief van twee in elkaar grijpende, golvende bandjes die uit cirkels zijn geconstrueerd.
.Bronvermelding    |    Top


Esdoorn

Zie Ahorn.
. Top


Espagnolettes

(Fr.) Kleine vrouwenbustes met kraagjes en een coiffure van pluimen. Men treft ze aan als ornament op de hoeken van spiegels en meubelpoten of als garnituur van deurknoppen, venstersluitingen en grendels. Karakteristiek voor de Régence en Louis XV-stijl.
.Bronvermelding    |    Top


Estampille

(Fr., stempelmerk) In 1751 werd bepaald dat de Parijse ebenisten de door hen gemaakte meubelen moesten signeren. Dit merk werd meestal ingebrand met een brandijzer. Het merken heet ‘estampillage’. Tegenwoordig komen veel vervalsingen voor.
.Bronvermelding    |    Top


Étagère

De Franse etagère combineerde de functie van de whatnot als uitstalkast voor objets d’art met die van de stommeknecht, waarop in de eetkamer gerechten, serviesgoed en bestek konden worden neergezet. In sommige gevallen kon de bovenste plank zelfs verwijderd worden en als dienblad worden gebruikt. Koperen grepen en zwenkwieltjes maakten het meubel makkelijk verplaatsbaar. De Franse etagère was veel rijker versierd en weelderiger van vorm dan de Engelse whatnot. In de tweede helft van de 19de eeuw ontstond een groot aantal modellen, variërend van etagères in de stijl van Lodewijk XIV en Boulle tot exemplaren niet de overdreven krullen en ornamenten van het neorococo.




.Bronvermelding    |    Top


Faldistorium

(Lat., afgeleid van het Frankische faldistol) Middeleeuwse benaming voor ceremoniële zetels van het curulische type. Van het woord faldistorium is het Fr. fauteuil afgeleid
.Bronvermelding    |    Top


Fassadenschrank

(Du.) Grote kast in twee verdiepingen met architectonisch front.
.Bronvermelding    |    Top


Fauteuil

(Fr., afgeleid van Lat. faldistorium) Armstoel. Vanaf eind 17de eeuw is de rug in de regel gestoffeerd; daarvoor was de rug van hout of met leer of riet bespannen. Na 1700 wordt de rug steeds lager, tot hij in het rococo - min of meer ceremoniële zetels buiten beschouwing gelaten - tot schouderhoogte reikt. In de 18de eeuw wordt het mode de armleggers van kussentjes te voorzien. De talloze 18de-eeuwse varianten vallen uiteen in twee groepen: de (hoge) fauteuils à la reine en de (lage) fauteuils à cabriolet.
.Bronvermelding    |    Top


Fauteuil à cabriolet

(Fr. cabriolet, oorspr. een licht, open rijtuigje) De term à cabriolet wordt gebruikt voor zitmeubelen met een lage, gebogen rugleuning, die in zwang komen in de Louis XV-periode, ter onderscheiding van de sièges à la reine die de hoge, vlakke rugleuning behouden.
.Bronvermelding    |    Top


Fauteuil-bergère

(Fr.) Variant van de bergère, die zich onderscheidt door een vaste zitting i.p.v. het losse zitkussen.
.Bronvermelding    |    Top


Fauteuil-canné

(Fr.) Armstoel waarbij de rug van een rieten vlechtwerk is voorzien. Dit met riet bespannen model blijft in Frankrijk als streekmeubel de hele 18de eeuw bestaan. Hierbij hoort een dun plat kussentje, bekleed met hetzelfde materiaal, waarmee zitting en armleggers zijn overtrokken.
.Bronvermelding    |    Top


Fauteuil de cabinet

Fauteuil de toilette of fauteuil à poudrer (Fr.) Overhoeks gebouwde stoel; de holle lendenregel vormt een halve cirkel tussen twee overhoekse armstijlen; de zitting ligt in de as van de andere diagonaal en steekt dus min of meer driehoekig tussen de armstijlen naar voren. Daarom zeer geschikt als fauteuil de bureau. Het stoeltype dateert uit de Louis XV-periode en komt zowel gestoffeerd aIs voorzien van rietbespanning voor.
.Bronvermelding    |    Top


Fauteuil de commodité

Zie Confessional.
. Top


Festoen

Geschilderd of in reliëf uitgevoerd ornament in de vorm van een slinger van bladeren met bloemen en vruchten, vaak met kleurige linten omwonden.
.Bronvermelding    |    Top


Fiddle-back

Eng. benaming voor een variant op de ‘vase plat’, middenblad van een stoelrug, dat door zijn contouren enigszins doet denken aan een strijkinstrument. Komt veel voor in de Queen Anne-periode.
.Bronvermelding    |    Top


Finial

(Eng.) Verticaal geplaatst decoratief eindornament, veelal toegepast om een structureel element te accentueren. Als motieven: gestileerde eikels, dennenappels, vlammende toortsen, vazen, urnen enz.
.Bronvermelding    |    Top


Flap-aan-de-wand

Zaans voor klap-aan-de-wand.
.Bronvermelding    |    Top


Fondeur et ciseleur

(Fr.) Door de overvloedige toepassing van marqueterie ontstaat de behoefte aan meubelbeslag ter bescherming van kwetsbare hoeken. Hierdoor ontstaat een samenwerking tussen de marqueteur en de fondeur et ciseleur: ontwerper en gieter van montures in bronze doré.
.Bronvermelding    |    Top


Fonteinenhout

Gevlekt mahoniehout; veel gebruikt bij fïjn-meubelmakerij.
.Bronvermelding    |    Top


Fourposter

Zie Ledikant.
. Top


Frailero

Zie Sillón de frailero.
. Top


François I

In Frankrijk, 1515-1547.
.Bronvermelding    |    Top


Frankfurter Wellenschrank

(Du.) Tweedeurs kast uit de barok met sterk naar voren springende, geprofileerde kap en plint op voetklossen. Deuren en stijlen zijn geheel bezet met geprofileerde lijsten, wat aanleiding gaf tot de speciale benaming. Zoals bij veel Duitse kasten zijn de hoekstijlen overhoeks geplaatst. Het meubel is geheel vrij van gestoken ornamentiek.
.Bronvermelding    |    Top


Fries

In de Corinthische orde een band met doorlopend ornament of beeldhouwwerk. Wordt in de meubelkunst veel aangetroffen; meestal is het dan tevens front van een of meer laden.
.Bronvermelding    |    Top


Friese kast

Zie Keeft.
. Top


Fronton

(Fr.) Stoel met aan de achterzijde een insnoering van de zitting en met een steunregel voor de ellebogen boven op de rugleuning (accoudoir), zodat men schrijlings op dit meubel kon zitten. Ook bekend onder de naam ‘voyeuse’. In de 19de eeuw komt een meer specifiek model in zwang waarbij de accoudoir een bergplaats voor sigaren bevatte.
.Bronvermelding    |    Top

Meubelen alfabetisch gedeelte


A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z


.Bronvermelding    |    Top

 

 

Visie | Disclaimer | Bronvermelding | Contact | ©2006-2010 Antiek-Encyclopedie.nl